zondag 25 september 2011

Het Penridder's Labyrint

Ik observeer ze van een afstandje. Vol literaire overmoed bestormen ze het door dichte buxushagen gevormde smalle donkere pad, dat toegang verschaft tot het Allerheiligdom. Allemaal zijn ze op zoek naar de ultieme beloning die daar gloort: de titel gepubliceerd schrijver. En anders dan naar Rome, leidt er maar een weg naar dit bewijs van erkenning: het Penridder's Labyrint.

Strompelend komen ze weer naar buiten, met afgezakte schouders, het vuur in hun ogen geblust. Want voor wie zonder snoeimes zijn queeste begint, transformeert het labyrint zich onverbiddelijk in een dwaaltuin vol verleidingen. Internetpagina’s, zelfhulpcursussen of informatieve blogs: zonder een navigatiesysteem is er geen beginnen aan. Bestond er maar een ‘Publi Publi’ voor uitgeversland.

Nee, deze penridder gaat het anders aanpakken. Geharnast door talent, met een schild van zelfkennis, begroet ik mijn reisgezellen. Dit bonte gezelschap is mijn grootste troef. De vrolijke marketingdeskundige, de vriendelijke acquirerend redacteur, de inspirerende schrijfster, de stoere literaire agent en ik, de enthousiaste debutante.

De redacteur navigeert ons, met de kaart in de hand, feilloos tussen vervaarlijke slushpiles en slechte aanbiedingsbrieven door. Soms stopt ze en trekt een van de takken uit de haag naar zich toe om mij een handig promotiehaakje te laten zien waarachter een uitgever graag zijn toekomstige klanten wil laten blijven hangen.

‘Sla over 100 meter rechtsaf.’ Als we het pad naar het geldbomenbos inslaan, lopen we in een hinderlaag van royalties, commissie en voorschotten, die echter verbazingwekkend handig door de literair agent worden gepareerd.

‘Links aanhouden.’ We vervolgen onze weg tot de schrijfster ons plotseling halt laat houden bij een vernuftig gecamoufleerd gat in de grond. Vol flair klikt ze haar gouden hakken tegen elkaar, waardoor haar persoonlijke belevenissen de vorm van een loopplank aannemen, die de beginnervalkuil overbrugt.

Gestaag lopen we door totdat we bij een t-splitsing arriveren.
’Nieuwe berekening in uitvoering.’ De marketingdeskundige adviseert, zonder belang bij de uitkomst van mijn keuze, over de drie publicatiemogelijkheden: zelf laten drukken, Printing on Demand of een uitgever.

Ik kies mijn weg en smeed, op aanwijzing van mijn metgezellen, de wapens waarmee ik het schier ondoordringbare laatste deel van het labyrint te lijf zal gaan. Met de perfecte synopsis in de ene en een onweerstaanbaar netwerkprofiel in de andere hand, betreed ik uiteindelijk het midden van het labyrint.
En de Publi Publi zegt: ‘Bestemming bereikt.’
 

Tijdens de inspirerende Daretoo workshop Debuteren als schrijver deelden Marja Duin (acquirerend redacteur van Uitgeverij de Arbeiderspers), Carla de Jong (succesvol schrijver van psychologische thrillers), Willem Bisseling (literair agent bij Sebes en Van Gelderen) en Linda Krijns (marketingdeskundige van Daretoo), hun passie en kennis van zaken m.b.t. het uitgeven van een boek. De gemoedelijke sfeer, de openheid over hun werkwijze en vooral de eerlijkheid ten aanzien van kansen voor debuterende schrijvers, maakte deze dag een heel aangename, maar vooral nuttige ervaring. Een aanrader voor wie boordevol met vragen zit en beginnervalkuilen wil vermijden.

http://www.daretoo.nl/entry/1055/

Ria Schopman is Growing A Book called Alea

zondag 18 september 2011

Letterdieverij!

Een idee. Iedereen die er ooit eentje gehad heeft, weet het. Opeens is het er, zomaar uit het niets. De vage voorbeelden zijn gedoemd te verzanden, maar de exceptionele exemplaren bijten zich met de vechtlust van een pitbull vast in je bewustzijn. En als ze wegblijven, kan je altijd teruggrijpen op een gevatte getuigenis uit het verleden.

Want wat is een schrijver zonder voorbeeld, zonder de waarachtige wijsheden van illustere voorgangers? De opmerkzame lezers onder u, hebben de stellige statements aan het eind van voorgaande blogberichten al lang gespot. De spitsvondige spreuken vormen in tijden van woordarmoede, de bron van inspiratie waaraan deze aspirant-schrijver zich laaft.

Maar er is slechts een dunne scheidslijn tussen eren en plagiëren. Tussen déjà vu en déjà lu. Voor je het weet word je beticht van letterdieverij en ik kan ze geen ongelijk geven.

Je typt je de blaren op de vingertoppen, verslijt het ene toetsenbord na het andere, kijkt scheel van de hoofdpijn van het formuleren van een ingenieus inzicht en dan gaat een ander er mee aan de haal! Pas dan weet je hoe Rupsje Nooitgenoeg zich moet hebben gevoeld. Die riskeerde buikkramp, obesitas en een hernia door zich een week lang door blaadjes, taart, worst, snoep, fruit en chocola heen te eten, een huisje te bouwen, uit zijn zijden velletje te barsten en wie kreeg de complimentjes? Juist! De verrukkelijke vlinder!

Gelukkig ben ik een sprankelende spraakwaterval die vol onbedwingbare overgave bevlogen bedenksels produceert. O, en had ik u al verteld dat na metaforen, alliteratie mijn favoriete stijlfiguur is? Hoeveel potentiële Suske en Wiske titels staan er wel niet in deze tekst? Stuk of 11(-11-11)?


Bronvermelding:
Rupsje Nooitgenoeg - Eric Carle
déjà lu - A.IJ. van den Berg

'Plagiaat: zo onhandig overschrijven dat het opvalt.'
- Gaby van den Berghe





Ria Schopman is Growing A Book called Alea

vrijdag 9 september 2011

Het Titelgevecht

Titels mogen vooral niet te lang, want dat leidt tot afkorten en Rad van Fortuin taferelen. ‘Mag ik een klinker kopen?’ klinkt het wanhopig bij de zoveelste onverklaarbare letteropeenvolging. Het is de schuld van Twitter met zijn 140-tekens-keurslijf, zeg ik je. Of zijn we misschien gewoon lui? Mijn doopnaam is Maria, roepnaam Ria en het zou je verbazen hoeveel mensen daar nog een lettergreep afsnoepen door mij Ri te noemen. Het duurt niet lang meer of ik bevind mij in het illustere gezelschap van BZN en Mary Servaes. Dan heeft Nederland na een Band- en een Zangeres Zonder Naam ineens een Auteur Zonder Naam. Maar ik dwaal af. We hadden het over de titel van mijn boek.

1e werktitel: Alea
Een afkorting van ‘alea iacta est’, Latijn voor: de dobbelsteen is geworpen. Overdrachtelijk betekent het, dat bepaalde gebeurtenissen onherroepelijk in gang zijn gezet, dat iets onvermijdelijks zal gebeuren. Ik gebruik het soms als ik een besluit met mogelijk grote gevolgen heb genomen, en niet meer terug kan. En een boek schrijven en uitgeven is zo’n besluit, geloof me.

2e werktitel: Momentum
Dit begrip betekent voor mij een moment waarop het belangrijk lijkt door te zetten. Een moment vervuld van energie en daadkracht, als de juiste persoon, op het juiste moment, zich op de juiste plaats bevindt. Maar een beetje ontoegankelijke term is het wel en eigenlijk dekt het de lading van het boek ook niet.

3e werktitel: Verlangen naar akasha
Akasha, Sanskriet voor ether, is een alles verbindend kosmisch veld. Mijn hoofdpersoon Odile verlangt er naar met heel haar hart. Maar ondanks het feit dat er zeker een spirituele inslag te bespeuren is in mijn boek, zou het mensen wellicht toch op het verkeerde been zetten.

4e werktitel: Mijn vader trakteert
Ja, mijn verhaal gaat wel degelijk over mijn vader en mijn mooiste kado ooit. Maar wat dat kado is, wordt pas in de allerlaatste regels duidelijk.

Lang hink ik op twee gedachten, totdat ik lees dat Alea een bijnaam is voor de Griekse godin Athene. Godin van een zachte, heilzame warmte, die aan vervolgden en voortvluchtigen een toevluchtsoord verschaft. De lieve kleine Alea in mijn verhaal is als deze godin.
Zal haar naam de vergankelijkheid trotseren, of zal haar in het zand geschreven naam door de golven worden uitgewist? Dat weet alleen het lot. Alea iacta est. Mijn dobbelsteen is geworpen. Mijn boek heet Alea.

'One day I wrote her name upon the strand, but came the waves and washèd it away
Again I wrote it with a second hand, but came the tide and made my pains his prey
Vain man (said she) that dost in vain assay, a mortal thing so to immortalise
For I myself shall like to this decay,and eke my name be wipèd out likewise'
- Edmund Spenser
 


Ria Schopman is Growing A Book called Alea

zaterdag 3 september 2011

De Vertelsmurf is Smurfing a Book


Pas op. Niet te dichtbij. Ik heb ‘Profilitis’. Daar helpt geen lieve moedertje aan.
Je krijgt het van overmatig profielen aanmaken op social media platformen. Maar ik heb geen keus. Internetportiers zijn onverbiddelijk en zullen niet rusten tot ik mijn volledige doopceel in hun registratieformulier heb gepropt. Pas dan mag ik binnen.

Ingeleid door wat onschuldige personaliavragen volgt daarna de hamerslag: Schrijf iets over jezelf. Maar wie ben ik? En vooral: Wie ben ik op dit platform?
Natuurlijk probeer ik, zonder de waarheid geweld aan te doen, mezelf zo goed mogelijk te verkopen. Je weet nooit wie het leest en internetplatformprofielen blijven net als kernafval 240.000 jaar (radio)actief. Google je eigen naam maar eens.

Dus is het zaak de balans te vinden tussen valse bescheidenheid en zelfoverschatting, want opscheppen is een kunst. Terwijl de rechtgeaarde narcist zijn hand niet omdraait voor een potje zelfverheerlijking, hebben de meeste mensen beduidend meer moeite de loftrompet over zichzelf te steken. Ik behoor tot de laatste categorie, maar soms ben ik blijkbaar zo goed op dreef, dat ik spontaan zin krijg mezelf te bevrienden. Want de Ria uit dat profiel is lief, loyaal, betrouwbaar, creatief, sociaal, gezellig, doortastend, behulpzaam, tolerant, muzikaal, welbespraakt, bescheiden en stiekem veel leuker dan ik.




Maar wie ben ik dan echt? Ik ben een doorgeefluik voor verhalen, gesproken, gespeeld of geschreven. Ik ben de Vertelsmurf. En de Vertelsmurf is Smurfing a Book.

'Our deepest fear is not that we are inadequate. Our deepest fear is that we are powerful beyond measure. It is our light, not our darkness, that frightens us most. We ask ourselves, 'Who am I to be brilliant, gorgeous, talented, and famous?' Actually, who are you not to be?'
- Marianne Williamson




Foto's door Chloé Rice voor Ricedesign.nl

Ria Schopman is Smurfing A Book called Alea