zaterdag 18 mei 2013

De Kloofdichter

Een afgezegde afspraak tijdens de boekenweek zorgde voor een zeer gewenste opening in mijn agenda. Of ik nog welkom was, had ik de winkelbediende aarzelend gevraagd, gezien de enorme belangstelling. ‘Jazeker,’ had zij stellig geantwoord, ‘we zijn speciaal wat vroeger begonnen omdat we vijfhonderd mensen verwachten.’

Vijfhonderd! Ze zei het met zoveel trots dat ik de gedachte dat het wellicht ontmoedigend bedoeld was gelijk liet varen. Behendig kronkelde ik mij een weg via de gangen gevormd door metalen paaltjes verbonden door knalroze band met de naam van boekhandel Paagman er op. Alleen het bordje ‘Vanaf hier bedraagt de wachttijd 2 uur’ ontbrak in deze pretparksetting.

De stemming onder de fans, aanbidders, leesfanaten, handtekeningenjagers en groupies zat er overigens goed in. En wanneer een verlamde signeerhand de auteur dwong te pauzeren, trakteerde Kees van Kooten ons op een verhaaltje uit de verzamelde Treitertrends en deed zijn gulzig publiek schateren.

De enige twee in mijn boekenkast ontbrekende delen van zijn gehele oeuvre hield ik tegen mijn borst geklemd. ‘Episodes’ en ‘Annie’. Op de omslagfoto van laatstgenoemde is zoon Kees tête-à-tête met zijn moeder Annie geportretteerd. Ik droomde weg naar een plek waar een andere moeder en haar zoon door de hand van deze schrijver een aantal gelukzalige momenten beleefden.


De middagzon scheen volop door het slaapkamerraam naar binnen. Zijn uitgestrekte jongenslichaam was neergestreken op het ouderlijk bed en zijn hoofd op zijn vaders kussen. Ik zat in kleermakerszit tegenover hem met in mijn schoot de verhalenbundel ‘Veertig’.
‘Mam, deze is leuk. Is daar een luisterboek van?’ had hij geroepen toen hij het boek op zijn literatuurlijst had zien staan.
‘Nu wel,’ had ik gretig geroepen, ‘voorgelezen door je eigen moeder!’

Toen ik tijdens het lezen mijn mondhoeken voelde omkrullen zag ik tegelijkertijd op zijn gezicht een glimlach verschijnen. Zijn gebulder vermengde zich telkens met mijn schaterlach. We schelen 30 jaar maar wij lachten op dezelfde momenten. Niks generatiekloof, wij waren een. Wij lachten dezelfde lach. Met dank aan Kees van Kooten, de kloofdichter.

Toen wist ik het. Gelukkig kan je nooit worden, gelukkig kan je alleen maar zijn. Geluk zit ‘m in wat je hebt en niet in wat je begeert.

Is Kees van Kooten mijn voorbeeld? Nee, deze man is zo uniek, die is onnavolgbaar. Wil ik schrijven zoals hij? Ook niet. Ik wil schrijven zoals mij. Iets beters dan jezelf kun je niet worden.



Er zijn meer volwassenen bang in het licht dan kinderen in het donker.
-Kees van Kooten


Ria Schopman is Growing A Book called Alea

zondag 12 mei 2013

Help, ik heb FOMO!

Hé, er zit een knop op je TV
Die helpt je zo uit de puree
Druk hem in en ga maar mee
De bloemen buiten zetten

Met deze woorden riep de tachtiger jaren band Doe Maar de aan de beeldbuis verslaafde jeugd op, het bankhangen te verruilen voor een avondje stappen met vrienden. Dat is gedeeltelijk gelukt.

We hoeven niet meer op de bank te hangen om alles te volgen. We kunnen middels mobiel, laptop en tablet ook elders digitaal in de informatiebrij roeren. We tweeten, sms’en en whapsappen wat af tot we er een RSI-duim van krijgen. Wie had ooit kunnen voorspellen dat onze opponeerbare vriend de hoofdrol zou spelen in onze communicatie?

Toegegeven, de duim zat altijd al vol met verhalen, die je er dan wel eerst uit moest zuigen natuurlijk, maar toch.

De vraag blijft, waarom ons brein continu in de check-modus is, want er komt zelden iets bovendrijven wat we niet hadden willen missen. We zijn feitenjagers geworden die onophoudelijk tijdlijnen afstruinen op zoek naar prikkelende tweets of status updates om te becommentariëren.

Dat werkt blijkbaar verslavend en die verslaving heeft een naam: FOMO! Voluit ‘Fear Of Missing Out’ oftewel ‘bang om iets te missen’.

Waarom zijn we zo bang? Om erbij te horen willen we kunnen meepraten over actuele onderwerpen, die we distilleren uit modderstromen van nonsens. Dat leidt tot mensen die maar half lijken te luisteren omdat ze bezig zijn anderen dingen half te lezen, want multitasken is voor 98% van de mensen een utopie, is aangetoond.

En zo ontstaat een paradox. We zijn zo geconditioneerd door onze social media verslaving dat tijdens ontmoetingen waarbij we de kans hebben om echt contact te maken, onze aandacht telkens weer afdwaalt naar de platformen die we in de eerste plaats bezochten vanuit een natuurlijke behoefte om ons te verbinden met iemand zoals de persoon die nu tegenover ons zit.

Laat uw beltoon dus maar rinkelen, uw toestel lekker vibreren, er zit een knop op uw mobiel…



Klamme handjes na het lezen van dit bericht? Doe de FOMO-test
Lees hier wat ik in 2011 schreef over dit onderwerp: SM: Je moet er van houden...


Ria Schopman is Growing A Book called Alea!