Want wat is een schrijver zonder voorbeeld, zonder de waarachtige wijsheden van illustere voorgangers? De opmerkzame lezers onder u, hebben de stellige statements aan het eind van voorgaande blogberichten al lang gespot. De spitsvondige spreuken vormen in tijden van woordarmoede, de bron van inspiratie waaraan deze aspirant-schrijver zich laaft.
Maar er is slechts een dunne scheidslijn tussen eren en plagiëren. Tussen déjà vu en déjà lu. Voor je het weet word je beticht van letterdieverij en ik kan ze geen ongelijk geven.
Je typt je de blaren op de vingertoppen, verslijt het ene toetsenbord na het andere, kijkt scheel van de hoofdpijn van het formuleren van een ingenieus inzicht en dan gaat een ander er mee aan de haal! Pas dan weet je hoe Rupsje Nooitgenoeg zich moet hebben gevoeld. Die riskeerde buikkramp, obesitas en een hernia door zich een week lang door blaadjes, taart, worst, snoep, fruit en chocola heen te eten, een huisje te bouwen, uit zijn zijden velletje te barsten en wie kreeg de complimentjes? Juist! De verrukkelijke vlinder!
Gelukkig ben ik een sprankelende spraakwaterval die vol onbedwingbare overgave bevlogen bedenksels produceert. O, en had ik u al verteld dat na metaforen, alliteratie mijn favoriete stijlfiguur is? Hoeveel potentiële Suske en Wiske titels staan er wel niet in deze tekst? Stuk of 11(-11-11)?
Bronvermelding:
Rupsje Nooitgenoeg - Eric Carle
déjà lu - A.IJ. van den Berg
'Plagiaat: zo onhandig overschrijven dat het opvalt.'
- Gaby van den Berghe
Ria Schopman is Growing A Book called Alea
Geen opmerkingen:
Een reactie posten